Het is niet meer dan terecht, want ook Svartir Sandar, het vierde volledige album van deze heren, is een schitterend epos geworden dat het verdient om door veel mensen gehoord te worden. Met tachtig minuten verspreid over twee schijfjes is het een langspeler in de ware zin van het woord geworden, maar Svartir Sandar is zo afwisselend en bomvol prachtige muziek dat de lengte geen moment stoort. De band speelt voortdurend met contrasten, waardoor het album van begin tot eind intrigeert. Zo klinkt Svartir Sandar op sommige momenten ruw en ongepolijst, als het IJslandse landschap, maar tijdens andere passages juist weer heel breekbaar en deernisvol.
Bij vlagen heeft de muziek van Sólstafir zelfs een soortgelijk fragiel en ondefinieerbaar aura als een band als Sigur Rós. Neem nu het prachtige Kukl, een nummer dat onbestemd zwevend tussen dromerige en weemoedige sferen bivakkeert. Ook het kalme en tragisch klinkende Fjara is werkelijk van ongekende schoonheid, vooral vanwege de fabuleuze, hemelse vocalen en prachtige pianomelodie die halverwege hun intrede doen. Niet alleen de trage en subtiele kant van Sólstafir overtuigt echter; ook de rauwe en stevigere kant van de band imponeert. Zo zijn Ljós Í Stormi (met heerlijk psychedelische gitaarklanken onder slepend, repetitief, soms haast tribal-achtig drumwerk), het stuwende titelnummer (dat middels zijn fraaie, uitgesponnen instrumentale passages naar een mooie, sfeervolle climax toewerkt) en de fantastisch rockende, psychedelische afsluiter Djákninn stuk voor stuk pareltjes.
De ´love it or hate it´-factor van deze band is het klagerige, semi-cleane stemgeluid van zanger Ađalbjörn Tryggvason. Hoewel ik in eerste instantie enorm moest wennen aan zijn zang, moet ik inmiddels toegeven dat het juist zijn geluid is dat Svartir Sandar extra cachet geeft. Zijn ruwe, eigenzinnige stemgeluid past namelijk uitstekend bij de eveneens ruwe en eigenzinnige muziek. Kortom: met Svartir Sandar heeft Sólstafir gewoon een pracht van een plaat afgeleverd, die eigenlijk simpelweg bij iedere liefhebber van originele en eigenzinnige metal in de kast hoort te staan.
Tracklist:
1. Ljós Í Stormi
2. Fjara
3. Ţín Orđ
4. Sjúki Skugginn
5. Ćra
6. Kukl
7. Melrakkablús
8. Draumfari
9. Stinningskaldi
10. Stormfari
11. Svartir Sandar
12. Djákninn