Dat grapjes uit de hand kunnen lopen, behoeft geen betoog. Maar er zijn slechts weinig bands die voor de grap een paar Metallica-covers spelen om vervolgens uit te groeien tot een goed geoliede 'albummachine', tot een volwaardige band met een eigen repertoire. Het verhaal moge bekend zijn, dit is Apocalyptica wèl gelukt. In de loop van het succesverhaal evolueerden het geluid en de composities en na een flirt met Dave Lombardo op het Reflections-album werd Mikko Sirén als livedrummer meegenomen. Uiteindelijk werd hij als volwaardig bandlid ingelijfd en sindsdien drumt hij (het grootste deel van) de albums in.
Al sinds 1996 wordt er om de twee à drie jaar een nieuw album uitgebracht met deze plaat als jongste telg in de almaar groeiende discografie. Het is daarmee intussen al het zevende studioalbum en waarom zou je moeilijk doen over het verzinnen van een naam, als het ook makkelijk kan: je noemt hem dan gewoon 7th Symphony. Op het tien nummers tellende schijfje wordt net als op de voorgaande albums met gastartiesten gewerkt. Dave Lombardo laat zijn stokken weer roffelen op 2010, maar er zijn ook vier artiesten die hun stem hebben uitgeleend, te weten: Gavin Rossdale (Bush) op End Of Me, Joseph Duplantier (Gojira) op Bring Them To Light, Lacey Mosley (Flyleaf) op Not Strong Enough en Brent Smith (Shinedown) op Not Strong Enough. Tot zover de feitjes, op naar de muziek.
Apocalyptica opent gelijk zwaar met een nummer van ruim zeven minuten: At The Gates Of Manala. Het is gelijk een van de langste nummers die ze ooit gemaakt hebben. De poorten van Manala (de onderwereld in de Finse mythologie) ontvouwen zich als een log monster tot de luisteraar. Het barst van de diversiteit en daarmee is de toon voor dit album ook gelijk gezet. Geen makkelijk ontbijt dus, maar als je die eenmaal verorberd hebt, volgt er in het tweede nummer End Of Me een rustpunt met het eerste niet-instrumentale nummer.
Het nummer met Gavin Rossdale is een gemakkelijk in het gehoor liggende track die net zo goed op de nieuwe plaat van Bush had kunnen staan. Dat is zowel een compliment als een punt van kritiek. Apocalyptica verliest hier nogal zijn eigen sound en dat is zonde. Vanuit commercieel oogpunt is zo'n strategisch geplande samenwerking natuurlijk erg begrijpelijk, maar mijns inziens komt het Finse cellotrio veel beter tot zijn recht als ze het bij zichzelf houden. Toch betrap ik mezelf erop dat ik bij nummertje drie Not Strong Enough wel degelijk de neiging krijg om mee te neuriën.
Op het gevaar af dat ik elk nummer ga bespreken toch nog een stukje over het vierde nummer 2010. Ons aller Lombardo geeft weer eens een flink potje drumles. Niets ten nadele van meneer Sirén, maar dit is toch wel een genot voor het oor, hoor. En dat zegt dan deze niet-Slayerfan. 2010 is weer een zwaar en heftig nummer met veel afwisseling en vergt veel van de luisteraar. Toch zal ook de niet geoefende luisteraar hier wel raad mee weten. De rode draad is goed te volgen zoals we eigenlijk ook wel van de heren gewend zijn.
In het algemeen wordt de lijn die in de laatste twee albums al ingezet werd ten aanzien van het geluid, op 7th Symphony voortgezet. De cello's klinken dynamischer, voller en elektronischer dan ooit. Soms zitten er zelfs zoveel effecten overheen dat je je afvraagt of je nog wel een cello hoort. Het is allang de band van Inquisition Sympony niet meer met het organische en natuurlijke cellogeluid van toen waar ik destijds zo verliefd op was en fanatiek naar luisterde. Apocalyptica is langzaam maar zeker veranderd en gegroeid. Waren de vorige twee albums in dat opzicht een soort zoektocht, met deze nieuwe plaat op zak hebben ze een nieuw hoogtepunt bereikt en ik voel me intussen toch weer de trotse fan van deze cellohelden. Chapeau!
Tracklist:
1. At the Gates Of Manala
2. End Of Me (Gavin Rossdale van Bush)
3. Not Strong Enough (Brent Smith van Shinedown)
4. 2010 (Dave Lombardo van Slayer)
5. Beautiful
6. Broken Pieces (Lacey Mosley van Flyleaf)
7. On The Rooftop With Quasimodo
8. Bring Them To Light (Joe Duplantier van Gojira)
9. Sacra
10. Rage Of Poseidon