Na Nederlandse pagan metal bands als Hellebaard, Mordaehoth hebben we er weer eentje bij, namelijk Marnamai. Nederland begint dus op dit gebied ook een aardig woordje mee te spreken en gelukkig kan ik zeggen dat deze creatie van een zekere Kobold helemaal niet verkeerd is.

De beste man heeft zijn liefde voor de levensbodem en de oud-heidense culturen niet onder stoelen of banken gestoken en dat uit zich in mooie Nederlandse songteksten en vele aanknopingspunten met diezelfde culturen.
Op plaat zet Kobold zijn liefde voor oude culturen om in een stevige pot rauwe black metal met de nodige folk invloeden, waardoor we toch richting pagan metal gaan.

Men gebruikt een drumcomputer, maar het is eerlijk gezegd geen groot minpunt. Natuurlijk zou een echte slagwerker voor nog meer kracht in de doorgaans vlotte metal kunnen zorgen, maar zover is het nog niet. Een opvallend element is tevens de veelheid aan zangstijlen. Terwijl de zang hier en daar richting Varg Vikernes gaat, horen we op andere momenten een meer standaard agressieve black metal strot. Het komt de afwisseling zeker ten goede al is niet elke keelklank even boeiend.

De muziek mag vrij rauw klinken, dat wil niet zeggen dat er niet voor melodie is gezorgd. Zowel enkele keyboards als melodische riffs weten het geweld hier en daar wat te verzachten. Dat is maar beter ook, want voor mij persoonlijk vervalt constant snelle black metal nog al eens in een eenheidsworst.

Een goed debuut dus van deze zwarte ziel uit de omgeving van Arnhem. Hoewel men nog wel in de beginfase staat, mogen we zeker spreken van een potentieel zeer rijke band. Een betere productie en ietwat minder misplaatste keyboardgeluiden (waar bijvoorbeeld het titelnummer vol mee staat) zouden moeten kunnen leiden tot een prima positie in de Nederlandse black metal scene.
Een uiterst aardig staaltje zwart metaal dus.

Tracklist
1. Onwetendheid
2. Heidenpracht (Nostalgische momenten)
3. Steenstil
4. Een rijk vat vlam
5. Schone krachten der natuur
6. Doem van Poerdh
7. Herzie ons bestaan
8. Leer en Bloed
9. Het tij keert