Het is inmiddels ruim zes jaar geleden dat we over Wither (2014) van Descend schreven. Het tweede album van de progressieve deathmetal-formatie stelt vooral metalfans tevreden met een voorkeur voor het Opeth ten tijde van Blackwater Park (2001) en Deliverance (2002).
Inmiddels ligt opvolger The Deviant in de winkels. Daarop is de invloed van Opeth nog altijd merkbaar, maar ligt deze er minder dik bovenop. Deze derde full-length is dynamischer en bevat niet alleen elementen van Opeth, Gojira, Dark Tranquillity, In Mourning en Be’lakor, maar ook van progressieve rock (onder meer Rush en Riverside).
Het is de Zweden goed gelukt om van al die verschillende inspiratiebronnen een veelzijdig en samenhangend geheel te maken. Zo leidt Avalin, dat iets wegheeft van 1985 van Carcass, het album met gelaagde, harmonieuze gitaarpartijen in. Het erop volgende Blood Moon is steviger met melodeath à la Dark Tranquillity en extreme vocalen, maar bevat tevens heel rustige coupletten met melodieuze zang.
Zoals we van Descend gewend zijn, blijft het daar niet bij. De composities zijn namelijk omvangrijk. Op intro Avalin na duren ze allemaal zeven minuten of meer, waardoor er ruimte is voor meerdere wendingen. Het resultaat is dat het kwintet halverwege Blood Moon een tandje bijschakelt naar een technischer tweede deel. Een prachtige leadpartij blijft zich daarin ontwikkelen in harmonie met de riff van de ritmegitarist; een prachtige vondst.
De naam van Rush is al gevallen. Dat betekent dat ook uit heel andere hoeken elementen in de muziek van de Zweden geslopen zijn. Dat blijkt onder meer uit The Purest One, waarin traditionele metalriffs, doom en blasts elkaar afwisselen en de zang van Nima Farhadian Langroudi en gastzangeres Jenny Höglund zeer fraai samenkomen. Wallow begint met zware, stuwende post-metalriffs, maar vervolgt met elementen van Katatonia en In Mourning. De saxofoonsolo halverwege is wel even wennen.
Het knappe is dat ondanks de vele instrumentale partijen en de geslaagde afwisseling van grunts, cleane zang en screams, de compositie zelf voorop blijft staan. Af en toe keren ideeën terug in net iets andere vorm, waardoor de focus en samenhang gewaarborgd blijven. Men gaat dus niet van de hak op de tak en gaat niet té technisch te werk. Een goed voorbeeld daarvan is het drumwerk van Emil Nissilä (Deathbreed, Aelyas). Hij weet (of het is hem verteld) wanneer hij iets extra’s moet brengen, maar ook wanneer hij alle ruimte moet laten aan het gitaristenduo Andreas Lindström en Alex Wijkman. Hetzelfde geldt voor het tweede nieuwe bandlid, bassist Raul Vicente (Hyperion, Rest Area Effect), wiens basloopjes hier en daar op geschikte momenten opduiken en daadwerkelijk iets toevoegen.
Het vijftal muzikanten weet steeds de aandacht van de luisteraar bij de muziek te houden. Zo begint Lily prachtig met een minuut rustgevend spel en zorgen de dissonante, tegen atmosferische black metal aanhangende riffs vervolgens voor een grimmigere stemming. Derhalve is er voldoende afwisseling. De speeltijd zit er voor je gevoel dan ook zo op, maar je bent toch echt zo’n kleine vijftig minuten verder.
The Deviant is veruit het beste wat Descend tot nu toe heeft voortgebracht. Zowel op technisch, compositorisch als productioneel vlak zijn er sprongen voorwaarts gemaakt. Er zit meer dynamiek in de composities zonder dat dit ten koste gaat van de samenhang, de invloeden liggen er minder duidelijk bovenop en het diepere en ruimtelijkere geluid ten opzichte van Wither zorgt ervoor dat het geheel zeer prettig in het gehoor ligt. Voeg daar meerdere memorabele ideeën aan toe en je hebt een erg sterk visitekaartje, dat een verplichte aanschaf is voor liefhebbers van onder meer In Mourning. Descend is terug van weggeweest, sterker dan ooit.
Tracklist:
1. Avalin
2. Blood Moon
3. The Purest One
4. Lily
5. Wallow
6. The Deviant